31 januari 2020 door in Algemeen
Het ontstaan van de Labrador Retriever
Het ontstaan van de Labrador Retriever
Wisten jullie al dat de oorsprong van de Labrador Retriever in de Verenigde Staten ligt? Dat de vissers twee typen honden hadden als hulp? Zij hadden een grof gebouwde hond, die nu de Newfoundlander genoemd wordt én een nog wat kleiner en lichter gebouwd ras. Doordat de vissers daar goede handelscontacten hadden met Engeland, wisselden zij hun werkhonden met elkaar uit. Het kleiner en lichter gebouwde ras is in Engeland uitgegroeid tot de Labrador Retriever.
De Labrador als jachthond
Zoals je net al kon lezen was de Labrador eerst een vissershulpje, maar de Labrador had alle eigenschappen om zich te kunnen ontwikkelen als uitstekende jachthond. De Labrador werd met vele rassen gekruist om de jachthond er nog beter uit te laten komen. Om de Labrador als een gezonde hond te behouden, is in 1916 de English Labrador Retriever Club opgericht die een duidelijke ras-standaard opstelde voor de Labrador.
De Labradors bestaan uit drie kleuren. Zwart, dit is de kleur die als eerste voorkwam bij de Labrador, vervolgens is blond ontstaan en als laatste, maar dan ook echt een heel stuk later, is de chocoladekleur erbij gekomen.
Wist je dat?
De oorsprong van de Labrador Retriever in de Verenigde Staten ligt?
Wat is nu dan het rasstandaard, hoe moet de Labrador eruit zien?
Ik ga de ras standaard voor jullie kort omschrijven. Het hoofd van een labrador bestaat uit een brede schedel met een duidelijke stop, geen vlezige wangen en de kaken zijn krachtig en lopen niet spits toe. De oren zijn vrij ver naar achteren geplaatst. Verder heeft de Labrador door zijn ogen een vriendelijke uitdrukking. Het lichaam bestaat uit een sterke nek en is goed geplaatst op de schouders. De voorpoten staan recht op de grond, achterbenen hebben een gehoekte knie. De staart is dik bij de aanzet en toelopend naar de punt. Ook wel de otterstaart genoemd. De schofthoogte van de Labrador is voor reuen tussen de 56-57 cm en voor de teven 54-56 cm. De vacht is kort, dicht en zonder golven. Verder is de Labrador qua karakter intelligent, levendig, vriendelijk en heeft hij een sterke wil om de baas te helpen.
Labrador als gezinshond
De Labrador wordt nog steeds ingezet als jachthond. De Labrador is er dan ook geschikt voor om wild op te halen en het naar de jager te brengen. De Labrador kan goed (leren) apporteren en pakt het wild losjes vast, zodat het niet beschadigd wordt. Ook staat de Labrador bekend als werkhond op andere gebieden. Dit kan een blindengeleidehond, hulphond, signaalhond of reddingshond zijn.
Tegenwoordig echter zien we de Labrador het meest als gezinshond. De meeste Labradors gaan van nature goed met kinderen en drukte om. Wel zijn de meeste Labradors ook best druk en ook wel wat lomp, waardoor ze door enthousiasme elkaars drukte kunnen versterken.
Een grote wil om te werken
Verder hebben Labradors een grote wil om te werken. Ze hebben een meegaand en welwillend karakter, leren graag en worden hierdoor gezien als snelle leerlingen. Natuurlijk houden veruit de meeste Labradors van water en zal het voor de meesten moeilijk zijn om langs een plas te lopen, zonder erin te springen!
Al met al zijn labradors ontzettend veelzijdige honden die niets voor niets razend populair zijn en ook zullen blijven, is de verwachting.
Ook interessant om te lezen
Welke onderwerpen, spreken jou aan?
Plaats een reactie